De vis waar ieder van houdt 

Links op het doek is een vissersfuik te zien met daarin een naakte dame (een soort zeemeermin), een visser staat op de kade en houdt in zijn hand de opening van de fuik. Een (rijke) man met veren op zijn hoed biedt de visser een buidel aan. Daar achter staat een blootvoetse monnik die ook begerig de kant van de blote dame opkijkt, achter de monnik staat een man met krukken ook hij kijkt richting de dame. In de achtergrond zijn drie bomen te zien en rechts een groot huis. de onderste baan is zwart geschilderd en er staat met goudkleurige letters ingeschreven onder de afgebeelde figuren van l. naar r.: Al bin ik wat lange - ik laet mig dog vange - Wat heb ik mig bedagt - Ik heb desen visj in net gebragt - Live visje heb ge de (?) visje meer - Verkoop mig een, ik bidde seer - Hett ik f (?) visje mt kloster to eeten - ik wilfe dat vleisch (vergeten..?) - Ja Patter folke visje hebben gedaen - dat ik mot op kruken gaen.

Verv.jaar: 1750 - 1880
Object: schilderkunst